2023-4
Muziek in de Bijbel
Het lied van Maria
Twee nichten en hartsvriendinnen zien elkaar weer na lange tijd. De jongste is op reis gegaan om de oudste te bezoeken. Er is een bijzondere reden voor dit bezoek. Beide zijn sinds enige tijd zwanger. Voor de eerste keer.
De oudste, Elisabeth, kan het nog steeds niet geloven. Ze al sinds jaren getrouwd en de jaren beginnen bij haar te tellen. Eerlijk gezegd had ze het al lang opgegeven. De jongste; Maria, is ook van haar stuk. Haar houdt bezig dat ze nog maar pas verloofd is en nog niet eens met haar man heeft geslapen.
Blij en beduusd
Beide nichten stonden dus aanvankelijk voor een raadsel, toen ze zwanger bleken te zijn. Dat werd er niet minder op toen er een betrouwbaar uitziende, maar geheimzinnige man opdook die uit de doeken deed dat God zelf hier de hand in had.
Leg dat maar eens uit aan je familie, vrienden en kennissen! Des te meer reden voor Elisabeth en Maria om hun gevoelens van vreugde en verwarring met elkaar te delen. Zij kunnen bij elkaar wél rekenen op begrip.
De blijdschap is overigens tweeledig. Op de eerste plaats is er de vreugde over het aanstaande moederschap, die elke vrouw wel kent. Op de tweede plaats is er de vreugde over de woorden van die raadselachtige boodschapper, die hen beide bezocht en die zich te kennen gaf als de aartsengel Gabriël.
Hij vertelde dat hun toekomstige kinderen een cruciale rol zullen vervullen in de geschiedenis van God met zijn volk. De een als de lang verwachte Messias, de ander als diens wegbereider: Jezus en Johannes de Doper.
Elisabeth en Maria zijn, met andere woorden, dus niet zomaar zwanger - hetgeen op zich al genoeg redenen tot opgetogenheid zou zijn. Ze zijn draagsters van een weergaloze belofte. Zij spelen een sleutelrol in de komst van Gods Rijk waarin alles eindelijk op zijn plaats zal komen, waarin vrede en gerechtigheid zal heersen, al kan dat betekenen dat de wereld op zijn kop wordt gezet. Nou ja: dat laatste is in het leven van de twee vrouwen al begonnen.
Na aankomst van Maria vallen de twee nichten elkaar in de armen en geven ze uitbundig uiting aan hun dubbele vreugde die is vermengd met ontdaanheid.
Oude woorden, nieuwe klanken
De oudste begroet de jongste met de woorden waarmee Mozes zijn volk zegende voordat het de Jordaan overstak om het Beloofde Land van melk en honing te betreden: ‘Gezegend is de vrucht van jouw schoot!’ Het is een gelukwens en een profetie van geluk en zegen tegelijk.
Maria zoekt naar woorden voor haar geluk. Ze kan als antwoord op Elisabeths groet niets anders bedenken dan een lied. Ze begint spontaan te zingen: “Mijn ziel maakt groot de Heer! Hij zal nu eindelijk de beloftes aan onze voorouders vervullen! Hij zal, door een nieuwe koning, een nieuwe gezalfde, deze scheefgezakte wereld weer in het lood brengen.”
Het lied zal tot op de dag van vandaag worden gezongen, van generatie tot generatie. We kennen het vanwege de Latijnse vertaling van de eerste woorden, als ‘het Magnificat’. Elke avond weerklinkt het in getijdengebed van de kerk. Ook daarbuiten is het geliefd in vieringen en gebedsdiensten.
Waar haalt Maria toch de inspiratie vandaan? Zo moet Elisabeth hebben gedacht. Ze kent het lied niet. Wel komen haar flarden uit het lied bekend voor. Ze herkent woorden en gedachten uit het zogenaamde Oude Testament.
Heeft voormoeder Mirjam aan de Rode Zee niet ook deze toon aangeslagen? Heeft voormoeder Hannah niet eender gezongen, toen ze zwanger bleek van Samuel? Klinken in Maria’s lofgezang niet klanken uit de psalmen door?
En toch zouden we geen recht doen aan Maria en haar lied als we het zouden afdoen als plak-en-knip-werk, zoals veel bijbelgeleerden helaas wel hebben gedaan. Het Magnificat is wel degelijk een origineel en samenhangend staaltje van poëzie.
De omgekeerde wereld
Dit heeft zelfs de katholieke schrijver Anton van Duinkerken in de jaren vijftig ertoe gebracht het Magnificat
in een literair tijdschrift te beschrijven en daarbij Maria als ‘dichteres’ te typeren. Hij liet daarbij zien hoe Maria in dit gedicht een geheel eigen antwoord geeft op de belofte van God die eindelijk wordt ingelost. De belofte dat de blaaskaken, poenscheppers en krachtpatsers van deze wereld niets zijn tegenover de in liefde oppermachtige God van Abraham.
Het leven van Elisabeth en Maria staat even op zijn kop. Wat hun is overkomen is niet normaal. In haar lied lijkt Maria echter triomfantelijk te zeggen: “Ach, er is zoveel niet normaal. Datgene, wat wij bijvoorbeeld normaal vinden in deze wereld, is niet normaal in Gods ogen.
Het is niet normaal dat rijkdom en macht (twee onafscheidelijke bondgenoten in deze wereld) altijd aan het langste eind trekken. De maatschappelijke orde die wij ‘normaal’ vinden: dát is de eigenlijke wanorde en abnormaliteit. De wereld, zoals die nú is: dát is de omgekeerde wereld. Nu is de tijd aangebroken, dat God zelf de zaken weer omkeert, zodat de wereld echt in orde is.”
Laten we Maria ten slotte zelf aan het woord:
“Hij toont de kracht van zijn arm;
slaat trotsen van hart uiteen.
Heersers ontneemt Hij hun troon,
maar Hij verheft de geringen.
Die hongeren overlaadt Hij met gaven,
en rijken zendt Hij heen met lege handen.”
Eric Corsius