2021-5
Dichter bij het leven
Daag!
Waken bij de dode, is te laat.
De stervende beschutten in
zijn laatste uur, dat gaat. Maar
waken bij de dode, is te laat.
Zijn bleke huid vervaalt, er is
de teint van sterven, doodsgelaat;
zijn adem stopt, het woord is op,
de laatste zucht vergleden.
Zijn vrome handen liggen in
gelatenheid terneer, in volle
overgave aan zijn God klinkt
in mijn ziel: Hier ben ik, Heer.
Ik hoor zijn stem, zijn klank,
maar niet meer in het echt. En ja,
zijn mens-zijn was uit goedheid
opgebouwd, hij, man van goud.
Zo hij daar ligt, op het hoge bed,
heft hij gestorven de nabijheid op
terwijl hij, dichterbij dan ooit, nog
even tastbaar bij mij is, totdat
De postmortale luiden komen, die
hem leggen in de reistas van de dood.
Wordt hij niet gekist? Wat vreemd –.
Een brandschone taxi voert hem weg.
Ik kijk, vorsend in het niets van
druk verkeer. Er is geen wake meer,
maar de oversteek naar oneindigheid.
Zijn klare groet galmt na: Daag!
© Ine Verhoeven