Op weg naar Pasen wil ik de maaltijd in herinnering roepen die de Heer met zijn leerlingen hield. Het sedermaal vindt plaats op seideravond, de vooravond van Pesach. Op deze avond wordt het verhaal van bevrijding uit Egypte verteld. Het is een maaltijd rijk aan rituelen en verwijzingen. De teksten voor het sedermaal staan opgetekend in de Haggada, een boekje waaruit tijdens deze avond wordt voorgelezen. Ook Jezus en zijn leerlingen worden genoemd: Lucas 22,14-15: Toen het zover was, ging hij samen met de apostelen aanliggen voor de maaltijd. Hij zei tegen hen: ‘Ik heb er hevig naar verlangd dit Pesachmaal met jullie te eten voor de tijd van mijn lijden aanbreekt.

Het sedermaal, dat dit jaar plaatsvindt op de avond van 15 april, is een maaltijd rijk aan verwijzende symboliek. Elk gerecht heeft een eigen diepe betekenis. Het is een avond van bewustwording van en betrokkenheid op Gods verlossend werk voor het joodse volk, maar ook voor ons christenen.

Een belangrijk bestanddeel van deze maaltijd is de charoset, een zoet notenmengsel dat herinnert aan al het goede en het zoete in het land Egypte. Charoset symboliseert ook de leem en de klei waarvan de Israëlieten in Egyptische knechtschap bouwstenen moesten maken. De wijn in de charoset staat voor hun bloed dat vergoten werd.

Op de sederschotel liggen
1. Drie matzes
2. Een gebraden botje (symbool van het offerlam)
3. Een gebraden ei (eens een feestoffer)
4. Het bittere kruid – dikwijls mierikswortel (symbool van het lijden)
5. Charoset (symbool van het leem van de tichel­stenen)
6. Groene kruiden – vaak veldsla en peterselie (symbool van de naderende lente)
7. Zout water (symbool van de tranen van ellende door het joodse volk vergoten)